Opnieuw vinyl verzamelen

Ik ben zo’n oude knar uit de tijd dat de LP, de plaat, het vinyl, of hoe je het ook wilt noemen, de belangrijkste muziekdrager was. In mijn jeugd (zeg maar de zeventiger jaren) kocht iedereen vinyl. Singles en Langspeelplaten. Vooral langspeelplaten. Had je daar geen geld voor, of vond je een LP niet goed genoeg om te kopen, dan was er de compactcassette. Ik gaf, net als mijn vrienden, bijna al mijn geld uit aan LPs. Toen ik de wereld buiten The

De originele LP uit 1970 van Supersister – Present from Nancy

Beatles en The Rolling Stones ging verkennen leerde ik de juiste groepen kennen via oudere broers van vrienden (Pink Floyd, Jethro Tull, Soft Machine, Supersister, Alquin) en nieuwe vrienden die al wat ouder waren (David Bowie, Steve Harley, The Who, Genesis, Led Zeppelin, Yes, King Crimson). Via de radio kwamen daar nog de nodige andere artiesten bij (Camel, Fleetwood Mac, Herman Brood, Solution, The Police). En van al die artiesten (en nog veel meer andere) kocht ik LPs. Heel veel LPs. De vloer van mijn kamer in het ouderlijk huis zakte nog net niet door.

“Present from Nancy” op een Twee-voor-de-prijs-van-een CD met een absurd lelijke hoes

Toen in de eerste helft van de tachtiger jaren de CD opkwam was ik er als de kippen bij. Samen met wat goede vrienden, die eveneens muziek als hobby hadden, begon ik met het kopen van CDs. Want immers: CDs krasten niet, CDs waren lekker klein en CDs klonken veel beter dan die oubollige langspeelplaten. Dacht ik. Als je eenmaal je muziek op CD had, dan was je pas echt goed bezig. Dacht ik. Veel artiesten kocht ik daarom opnieuw op CD. In het begin was dat wat moeilijk, omdat er nog niet zoveel uit kwam op CD (vooral The Beatles duurde heel erg lang), maar uiteindelijk lukte het toch om de belangrijkste LPs te vervangen. Bij minder populaire groepen, zoals Supersister en Alquin werd je als liefhebber afgescheept met hele matige 2-voor-de-prijs-van-1 CDs waarop de platenmaatschappij probeerde 2 albums te proppen. Soms moest daarom zelfs een nummer sneuvelen, omdat ook een CD nu eenmaal begrensd is. Van andere (The Beatles, The Who, Genesis) werden belachelijk slechte CD-versies gemaakt. En die werden dan ook nog eens verkocht voor absurde prijzen. Maar ja, je bent liefhebber of niet, dus: kopen die handel. Wij reisden in die begintijd zelfs regelmatig naar Duitsland om daar CDs te kopen. Ze waren daar ruimer voorhanden en vooral goedkoper.

Toen ik eenmaal een respectabel aantal CDs had gekocht en niet meer naar mijn oude LPs omkeek besloot ik ze te verkopen. Ik draaide ze toch niet meer, ze namen best veel plaats in (ik had er ongeveer 1000) en ze leverden nog wat op. Je praat dan eind jaren tachtig.

De LPs werden uitgezocht. Ik hield er een stuk of 50, voornamelijk bijzondere exemplaren en al mijn Supersister LPs. De rest ging weg. voor een paar gulden per stuk. Je voelt je dan even heel rijk, maar eigenlijk was het diefstal. De opkoper gaf een prijs die paste bij de slechtste exemplaren, maar hij wilde eigenlijk alleen de beste platen hebben. In mijn geval praatte hij me zelfs om om LPs te verkopen die ik eigenlijk had willen houden. Maar goed, daar ben je zelf bij, dus dat kan ik hem moeilijk verwijten.

Heruitgave uit 2010 van “Present from Nancy”. Goede kwaliteit die de plaat recht doet.

Het verzamelen van CDs ging vrolijk door en ik dacht nooit aan die oude LPs. Voordeel was dat ik de titels die ik niet goed meer vond niet opnieuw kocht op CD, waardoor er vanzelf een schifting plaatsvond. Natuurlijk kwamen er wel een hoop nieuwe titels uit, dus rond het jaar 2000 ging de teller van het aantal CDs over de 1000 heen. Ik had inmiddels alles wat ik echt goed vond opnieuw gekocht en had opnieuw een behoorlijk interessante verzameling.

Toen kwam het downloaden van digitale muziek op. Napster en zijn opvolgers / klonen als Gnutella, eDonkey, Limewire enz. leverden ‘gratis’ muziek. De kwaliteit was nog bedroevend (128 Mbit MP3’s. Ugh) maar werd later beter. Daarna kwamen de torrents en Usenet, de FLACs en tenslotte de HD versies van muziek.

Bij mij was de lol van het muziekverzamelen met de opkomst van het downloaden echter verdwenen. In plaats van het zoeken naar goede titels en het uiteindelijk kopen van interessante platen werd het nu meer het verzamelen van zoveel mogelijk titels. Immers: wanneer iets niets kost heeft het ook geen waarde meer. Dat lijkt een waarheid als een koe, maar denk er maar eens over na: wanneer je moet betalen voor je muziek koop je gerichter en ga je er intensiever mee aan de slag. Ik had, net als de meeste mensen, harde schijven vol met muziek die ik nog nooit gehoord had, muziek die ik niet eens kende en muziek die ik niet terug kon vinden. Onbewuste associaties als ‘die rode plaat’, of  ‘Die hoes met die UFO’ ontbreken bij digitale muziek. Je zoekt je kortom het lazerus naar een plaat.

Met CDs had ik ook niet zoveel meer. Naast het feit dat CDs helemaal niet zo goed waren als eerst gedacht (ze gaan in kwaliteit achteruit en zijn na 30 jaar ineens niet meer te draaien), verveelde het minuscule formaat met de kleine, onhandige boekjes,me. Ik had al mijn CDs gedigitaliseerd en op harde schijf gezet. Ik draaide ze via een mediaspeler samen met de muziek die ik had gedownload. Dat leek de toekomst en daar doe je natuurlijk aan mee.

En toen – ergens in 2009 – kwamen er ineens weer LPs in huis! Mijn zoon Jeroen begon als rechtgeaard hipster LPs te kopen. Niet zoveel als ik in mijn jeugd, maar wel veel gerichter. En niet alleen van nieuwe bands, maar ook van oude bands. Zeg maar “mijn” bands. Want de jeugd van tegenwoordig weet heel goed dat er in de zestiger en zeventiger jaren een explosie aan goede muziek is geweest! Het grappige was dat de LPs niet alleen werden gezien als muziekdrager, maar ook als een kunstvoorwerp, dat je ophangt of bekijkt. Er zijn zelfs jongeren die LPs verzamelen, maar geen platenspeler hebben!

Na een poosje merkte ik dat het bij mij ook weer begon te kriebelen. Ik had weliswaar geen platenspeler meer, maar na wat zoekwerk op zolder haalde ik wel mijn oude platen weer tevoorschijn. Met daarbij natuurlijk de Supersister LPs. Ik had die eigenlijk vooral bewaard omdat ik vreesde dat ze nooit op CD zouden uitkomen. Had ik al verteld dat Supersister waarschijnlijk mijn favoriete groep is? 🙂 Kort daarna had ik weer een oude DUAL platenspeler met Ortofon element van Marktplaats in huis. De moderne versterkers hebben echter veelal geen ingang meer voor een platenspeler en dus moest er ook een extra voorversterker worden aangeschaft. Maar toen kon ik dus weer mijn LPs draaien! En, net als mijn zoon, hoezen aan de muur hangen. En natuurlijk snuffelen naar (vooral oude) LPs.

Dreaming Wheelwhile, een in 2012 verschenen speciale 2×10 inch verzamelalbum met oud werk van Supersister en foto’s uit de tijd van Present From Nancy.

En wat bleek: ik had het echt gemist. Het bezig zijn met muziek, bekijken van hoezen, speuren naar leuke titels… Vroeger zat er op elke hoek van de straat een platenzaak, maar dat is helaas niet meer zo. Vooral toen ik net opnieuw was begonnen was het echt zoeken naar leuke platenzaakjes. Inmiddels zijn er weer de nodige zaakjes waar je leuke platen kunt kopen voor soms redelijke prijzen.

“She was naked”, de eerste single van Supersister, die verscheen in 1970.

Ook leuk is de website Discogs. Op deze website kan je je complete verzameling LPs, singles, CDs, 12 inches enz. bijhouden. Mijn complete verzameling staat er op. De site is zeer compleet, vooral met betrekking tot LPs. Heel veel persingen zijn al voorhanden en indien nodig kan je je eigen exemplaar toevoegen. Daarnaast kan je er ook platen kopen of verkopen.

Ik heb inmiddels weer meer dan 800 LPs in mijn bezit. En na de DUAL kwam er eerst een tweedehands Thorens TD160 Mk II platenspeler met Stanton EEE element en daarna een nieuwe ProJect Debut Carbon DC Esprit met Ortofon element. Ik heb inmiddels ook honderden singles, meer dan ik ooit heb gehad! En veel belangrijker: ik heb mijn lol in het muziekverzamelen weer terug.